ontlasting hebben in Dutch translates to defecate in English

other dutch words that include "ontlasting" :	english :
ontlasting	excrement, dung

other dutch words that include "hebben" :	english :
achting hebben voor	esteem
berouw hebben	repent
bezwaar hebben tegen	withstand
contact hebben	contact
contact hebben met	contact
de wacht hebben	guard
een afschuw hebben van	abominate, loathe, abhor
fiducie hebben in	trust
gelijk hebbend	TRUE
gezaghebbend	authorative
hebben	have
het uiterlijk hebben van	look
in pacht hebben	lease
invloed hebben op	influence
liefhebben	love
nodig hebben	need, require
op een abt betrekking hebbend	abbatial
panne hebben	break-down
stemhebbend	sonorous, sonourous
trek hebben in	wish, desire
voorhebben	wear, carry
voortgang hebben	happen, grow