The Dutch term "die" matches the English term "which, who"

other dutch words that include "die" : english :
aandienen advertise, announce
Achter-Indië Indo-China
adieu bye, good-bye, farewell, adieu, goodbye
afgodendienaar idolator
afgodendienst idolatry
altaardienaar acolyte
Arcadië Arcadia
bandiet bandit
bediende clerk
benedenverdieping ground-floor
Bourgondië Burgundy
bovendien furthermore
dieet diet
diëet- dietary
dief thief
diefstal theft
dienares servant, maid
dienblad tray
dienen should, must
dienst service
dienst nemen enlist
dienstig useful
dienstmeisje servant, maid
dienstregeling schedule, time-table
diep profound
diepgaand thoroughgoing
diepte depth
dier beast
dierbaar expensive
dierenarts veterinarian
dierenriem zodiac
dierentuin zoo
dierevel hide, skin
dierkunde zoology
dierkundige zoologist
dierlijk harsh, brute, animal
diesel diesel
dieselmotor diesel
encyclopedie encyclopedia, encyclopaedia
eredienst service, cult
expediëren ship
godsdienst religion
godsdienstig pious, religious
godsdienstoefening service
herendienst serfdom, servitude
indien if
indienen introduce
kantoorbediende clerk
knaagdier rodent
komedie comedy
krediet credit
Lydië Lydia
melodie melody
melodieus tuneful
modieus fashionable
muildierdrijver muleteer
muskusdier musk-deer
nachtdienst night-shift, night-duty, night-service
Normandië Normandy
ondiep superficial, shallow
ongedierte vermin
oudgediende veteran
periodiek revue
rapsodie rapsody
remedie resources
stadie stadium
studie study
subsidie subsidy
subsidiëren subsidize
verdienen win, deserve, merit, earn
verdienste profit
verdieping story, storey, floor
zoogdier mammal